Spelende meisjes

Gerrit Oud

COLUMN


Ik wandel graag. En veel de laatste tijd. Een fijne manier om met alleen mijn gedachten te genieten van zon, wind, vogels. Van de ontluikende natuur. Het leidt af van de vloedgolf aan coronagetallen die ons dagelijks overspoelt. Waar we ons geen gezichten bij kunnen denken. Kille cijfers. Het leidt ook af van de beslommeringen van alledag. Van het digitale lesgeven, van de zorgen om je geliefden. Mijn gedachten vullen zich dan vaak met poëzie, soms ernstig, soms speels. Passend bij deze tijd vind ik het volgende gedicht van Willem Wilmink:

Vol sombere doemgedachten
geraakte ik in een straat
waar meisjes aan ’t spelen waren
en we kwamen aan de praat.

Turkse en Surinaamse
sommigen autochtoon
en ze hadden er nauwelijks weet van
ze speelden daar gewoon.

Mijn sombere visioenen
van een wereld die verging
vervaagden in ’t licht van die kinderen
tot een herinnering.

Want die meisjes met aardige ogen
en met hun prachtige haar
zullen de kinderen baren
voor de komende duizend jaar.

Gerrit Oud
Amsterdam, 24 april 2020


WILLEM WILMINK IN LEIDEN

Op 24 januari 2013 was het 400 jaar geleden dat de basis werd gelegd voor de Maredijkbuurt, een van de eerste Leidse wijken die buiten de middeleeuwse stadsmuren werd aangelegd, buiten de Marepoort. Dit muurgedicht is aangebracht ter gelegenheid van het vierde eeuwfeest, aan de Maredijk hoek Poelgeeststraat. Het was het 105e muurgedicht dat Stichting TEGEN-BEELD realiseerde.
Bijzonder aan de vormgeving is dat de handtekening van Wilmink is opgenomen. Die heeft hij overigens niet zelf gezet: Wilmink was tien jaar eerder overleden.