Arm?

Saskia de Jong

COLUMN


Eerder deze week was ik bij een leeskring en kwam met iemand aan de praat, die geschrokken was over wat hij hoorde over armoede. En ja, op dit moment is er best wat ‘ophef’ in de media, al richt deze zich vooral op kinderen, die in armoede opgroeien.

Als het gaat om ‘gezond eten’ en armoede, dan is een veelgehoorde veronderstelling dat men vooral bij de snackbar langsgaat en in de supermarkt geen goede keuzes maakt. De fastfoodgelegenheden liggen blijkbaar, zo werd onlangs in de media gemeld, dichtbij wijken waar mensen wonen met lagere inkomens. Ik betwijfel dat, want als je weinig hebt dan gaat dat in veel gevallen toch niet naar de snackbar. Wel kan het zo zijn dat het een soort uitje kan zijn: als je weinig te besteden hebt, is het maken van uitstapjes ver weg. Een keertje eten halen bij de snackbar om de hoek is dàn een betaalbare (vervangend) uitje.
De spaaracties van AH buitelden ook het afgelopen jaar bijna over elkaar heen. Maar toch bieden dit soort dingen wel mogelijkheden, hoewel er ook enig ‘creatief denken’ nodig is en hulp van derden. Derden kunnen helpen door ‘mee’ te sparen en/of deze spaarpunten/ – zegels door te geven aan een ander wanneer je deze zelf niet wilt. Met bijv. ontvangen verjaardagsgeld(en) en wat vakantiegeld kunnen de overige kosten van zo’n AH-uitje wellicht betaald worden.
Vorig jaar is via de AH-actie een cliënt van mij met de 2 kinderen naar Antwerpen gegaan: een overnachting in een eenvoudig hotel én een bezoek aan de dierentuin. En , voor mij was eigenlijk het allerleukste aan dit avontuur, dat een van de kinderen tot de ontdekking kwam dat er meer (last minute) mogelijk bleek te zijn door mij erin te betrekken; waar hij vroeger hoorde dat er geen geld voor was.

Maar sporten is ook iets, dat met een uitkering op het zg. sociaal minimum niet (goed) mogelijk is. Het budget laat het niet toe en dat komt door de reguliere vaste lasten. Voor kinderen kan voor een deel van de kosten via het Jeugdsportfonds (JSF) een bijdrage gevraagd worden, maar ook dit verschilt per lokale / regionale afdeling van dit fonds. In de ene gemeente/regio ziet de bijdrage op de contributie en attributen (w.o. kleding). Maar in een andere gemeente/regio ziet de bijdrage alleen voor een gedeelte van de contributie.
Wanneer een kind in een selectieteam speelt van een voetbalvereniging; dan zijn de kosten hoog. Er wordt de extra bijdrage gerekend, die niet onder de bijdrage van het JSF valt, van al gauw 250 – 300 euro. Per vereniging zal deze selectiebijdrage kunnen verschillen. De kinderbijslag is dan hiervoor nodig. Maar in veel gevallen zal de kinderbijslag werken als ‘smeerolie’ om het budget rond te krijgen en dan is het onttrekken van deze extra contributie niet gemakkelijk. Een ander fonds aanvragen is niet altijd mogelijk: ze verwijzen naar het JSF, die deze extra bijdrage dus al niet
In mijn werk kwam ik wel een slimme oplossing tegen, waardoor de kinderbijslag niet meteen bijdraagt aan de betaling van vaste lasten: een aparte rekening voor de kinderbijslag.
Kindgebonden budget is de toeslag, die ontvangen wordt, als er een of meer kinderen zijn waarvoor kinderbijslag ontvangen wordt. Vanwege deze koppeling aan de kinderbijslag wordt deze toeslag door de Belastingdienst “automatisch” uitbetaald en kun je deze niet aanvragen (zoals bij de andere toeslagen wel moet). Voor het budget is dit wel een cruciale toeslag, die dan ook ‘gewoon’ meegeteld wordt als onderdeel van het inkomen.

Als je een ‘goed’ inkomen hebt, is het niet gemakkelijk om je voor te stellen hoe het is om met een uitkering rond te komen. En dat is op zich niet zo vreemd: een PW-uitkering voor een alleenstaande is € 999,70  per maand (zonder het vakantiegeld van 5% van € 52,62). Voor een echtpaar (met en/of zonder minderjarige kinderen) is het  € 1.514,70 netto per maand (ook hier is het vakantiegeld niet meegeteld (5%). Als er niet- studerende meerderjarige kinderen in huis zijn, dan komt de zg. kostendelersnorm tevoorschijn en dan wordt het inkomensplaatje bepaalt door het aantal volwassenen, die op het adres wonen. Of ze allemaal inkomen hebben, daar wordt niet naar gekeken. Zodoende is er in dat geval een hele specifieke situatie, die niet op de gebruikelijke wijze aangepakt kan worden.

Uit ervaring weet ik dat een alleenstaande na 3 jaar “muurvast” zal zitten in het budget: er is dan geen speelruimte meer voor extra’s, maar ook is het maandelijks sparen is dan vrijwel uitgesloten. En dit heeft dan vooral te maken met de traditionele vaste lasten (huur, energie, water, alles-in-1 pakketten, de zorgkosten, etc.) én de overheid, die vindt dat uitkeringsgerechtigden (21- 65 jaar) moeten worden geprikkeld worden om aan het werk te gaan door uitkeringen laag te houden en voorzieningen via bijzondere bijstand te verbieden (computerprojecten, regelingen voor duurzame gebruiksgoederen).

We hebben het goed geregeld in ons landje volgens de overheid, toch …….?

Saskia de Jong, 14 februari 2020