HERFST
Gerrit Oud
COLUMN
Het gras verdort en de bloem verwelkt (Jes.40:8a)
Wat een prachtig seizoen is de herfst toch! De kleuren groen, geel, rood, bruin en de zon die daar zo af en toe doorheen schijnt. Alsof de schepping zich nog eenmaal in al haar glorie wil vertonen. Dan vallen de bladeren, de luchten worden grijs, de bomen en de akkers kaal. Alles is inderdaad vergankelijk. Niets blijvend. Dat geldt ook voor ons. Naast alle pracht van de herfst kan die toch ook onvermijdelijk gevoelens oproepen van somberheid en melancholie. Ida Gerhardt schreef: Wees niet bevreesd wanneer de vlagen gaan rondom uw huis-het is uw aards verblijf. De herfst van het leven doet de dag naderbij komen dat ook de bloem van het eigen leven verwelkt, dat het aardse verblijf moet worden achtergelaten. In het geestelijke donker zoeken we dan naar God. Laat Hij zich horen?
maar het woord van onze God houdt altijd stand (Jes.40:8b)
In het geestelijke donker van Israël, in ballingschap aan de oevers van de Eufraat, klinkt dan een stem. Een stem die zegt: Roep! Maar wat valt er dan te roepen? Uiteindelijk verdort het gras en verwelkt de bloem en eindigt alles met de dood. De stem echter gaat door: maar het woord van onze God houdt altijd stand. De eeuwigheid klinkt tot Israël, zelfs in zijn geestelijke donker, tot in Babel, uit de mond van de profeet. Troost, troost mijn volk. Gods Woord was vanaf het begin. Alles is daardoor ontstaan. En in het Woord was leven en dat leven was het licht voor de mensen. Dat Woord houdt stand, ook als de bladeren vallen.
Heb dank, o God van alle leven,
die zijt alleen Uzelf bekend,
dat Gij uw woord ons hebt gegeven,
uw licht en liefde ons toegewend.
(Fedde Schurer)
Gerrit Oud
Amsterdam, 20 september 2019