Instrumenten: orgels / vleugel

Hoofdorgel

Het hoofdorgel is gebouwd in 1951. Het is een belangrijk instrument in het oeuvre van de orgelmaker D.A. Flentrop (Zaandam). In 1991 heeft de firma Hendriksen & Reitsma (Nunspeet) een Terts 1 3/5′ op de sleep van de Spitsquint 2 2/3′ geplaatst. In 1995 is het instrument gereinigd en opnieuw geïntoneerd. In 2007 vindt opnieuw een reiniging plaats door Flentrop Orgelbouw. In 2014 zijn door de firma Flentrop de bekers van de tongwerken verlengd.

Dispositie

Hoofdwerk (manuaal 1) Borstwerk (manuaal 2)
– Prestant 8′
– Roerfluit 8′
– Octaaf 4
– Sequialter 2⅔ ‘(1-2 sterk)*
– Nachthoorn 2′
– Mixtuur 1½ (4-5 sterk)
– Trompet 8’
– Holpijp 8′
– Prestant 4′
– Roerfluit 4′
– Octaaf 2′
– Quint 1½’
– Scherp ⅔’ (4-5 sterk)
– Regaal 8′
– Tremulant
Pedaal
– Prestant 16′
– Bourbon 16′ (1962)
– Octaaf 8′
– Octaaf 4′
– Mixtuur (2-4 sterk)
– Bazuin 16′

– Koppelingen: Hoofdwerk aan pedaal – Manuaalkoppeling
– Zweltrede voor het Borstwerk
– Mechanische sleepladen
– Manuaalomvang: C-f3
– Pedaalomvang: C-f1

* bij halve registerstand: Spitsquint 2⅔’, Tertskoor vanaf g0, 1991

Kistorgel

Het kistorgel is in 2008 gebouwd door Henk Klop (Garderen).

Dispositie

– Holpijp 8′ bas / discant
– Fluit 4′ bas / discant
– Nasard 3′ discant
– Fluit 2′ bas / discant

Alle pijpen zijn uit hout vervaardigd.
Geen pedaal
Mechanische sleeplade
Transpositieklavier (a1 = 415 Hz, a1 = 440 Hz, a1 = 465 Hz.)
Manuaalomvang: C – f3

Vleugel

In november 2015 heeft de Kruiskerk de huidige vleugel aangeschaft bij de Amstelveense firma Van Kerkwijk, die het instrument sindsdien ook in onderhoud heeft. Het is een Yamaha C5E, 200 cm lang, zwart gepolitoerd en voorzien van serienummer 4632199, d.w.z. dat de vleugel de fabriek in Japan verlaten heeft in juli 1988. Na aankomst in Nederland heeft hij ruim twintig jaar dienst gedaan bij de eerste eigenaar, het Rotterdams Conservatorium, onderdeel van de Hogeschool voor de Kunsten Codarts.

Voordat de vleugel in de Kruiskerk kwam heeft Van Kerkwijk de hamerkoppen van nieuw vilt voorzien en is het instrument opnieuw geïntoneerd. Omdat de Kruiskerk een grote, ruime akoestiek heeft en van vloerplavuizen is voorzien die geen geluid absorberen, is het intoneren ‘mild’ gebeurd om te voorkomen dat de klank te fel zou worden. Het resultaat is een mooie ronde toon met een helder klinkende discant en met stevige, ver dragende bassen.

In het voorjaar van 2020 heeft de firma Van Kerkwijk de vleugel voorzien van nieuwe snaren, waarbij de bassnaren ook weer opnieuw met koperdraad zijn omsponnen. De oorspronkelijke stempinnen zijn vervangen door iets dikkere. Ook de agraffes zijn vernieuwd.

De vleugel blijkt goed te voldoen bij de ondersteuning van de gemeentezang: elke dienst begeleidt de cantor-organist een of meer liederen erop. Echt goed tot zijn recht komt de vleugel bij concerten, zowel bij die van zangduo’s als bij instrumentale kamermuziek als bij solospel.